Om mij ideaal voor te bereiden op mijn eerste Grand Final ging ik samen met Christophe De Keyser en Noah Servais op hoogtestage in Boulder. Na een wat mindere trainingsperiode door een verkoudheid en jetlag na het test event in Rio had ik nood aan wat volume. De trainingen verliepen prima en ook de sfeer was heel goed.
Drie dagen voor de race, op woensdag, reisde ik door naar Chicago. Na een lange zaterdag van wachten en stressen stond ik om 17 u op het ponton om te vertrekken voor mijn eerste Grand Final. Mijn start was goed en ik kon tamelijk lang mee met Marten die langs mij gestart was (sorry Marten als ik u hier en daar wat gehinderd heb!!). Aan de eerste boei geraakte ik Marten kwijt maar had wel een goede boei passage. De laatste 750m was ik een beetje te relaxed aan het zwemmen. In ITU races is het zo dat als je tijdens het zwemmen niet constant mensen voorbij steekt je na verloop van tijd vanachter ligt. Dit merkte ik maar al te goed in Chicago. Ik voelde me goed in het zwemmen maar kwam toch tamelijk achteraan uit het water. De achterstand op de eersten bedroeg wel niet zo veel (een kleine minuut). Ik kwam ook met de goede mannen (sterke fietsers) als Murray, Fisher en Colucci uit het water. Ik zag ook meteen dat ploeggenoot Simon net voor mij het water uit gekomen was.
Eens op de fiets zat ik meteen in de grote tweede groep, in achtervolging op een nog grotere kopgroep. Ik deed zeker mijn beurten op kop maar spaarde me toch ook een beetje voor de afsluitende run. Het verschil met de kopgroep bleef de eerste ronden op een 45 tal seconden. Na een 25 km stokte het tempo wat in de eerste groep waardoor we op 2 ronden tijd de aansluiting met de kopgroep konden maken.
Zo kwamen we, op uitzondering van een 15-20 triatleten, met bijna iedereen T2 binnen. Ik had me redelijk vooraan kunnen positioneren en kwam rond plaats 15 uit de wissel. Ik voelde meteen dat het gevoel nog goed was en schoof samen met Murray naar voor. Na 5 km liep ik op een 11 de plaats en zag ik dat net voor mij Jonathan Brownlee en Ryan Baillie moesten lossen uit de groep die liep voor plaats 3 (achter de ongenaakbare en indrukwekkende Spanjaarden Mario Mola en Javier Gomez). Ik voelde me nog redelijk goed en kon samen met Perreira de aansluiting met Brownlee en Baillie maken. Ondanks het gevoel dat ik misschien nog net een tikkeltje harder kon, besloot ik om met hen mee te lopen.
Het draaide uiteindelijk uit op een sprint met 4 voor plaats 8. Brownlee moest redelijk snel lossen en ook Baillie moest onder het tempo van Perreira lossen. Ik had nog net genoeg energie over om in de laatste meters op en over Perreira te gaan en zo heel onverwachts 8 ste te eindigen in mijn eerste Grand Final.
Door mijn 8 ste plaats stijg ik niet alleen 16 plaatsen op de Olympic Ranking (momenteel sta ik op een 38 ste plaats) en 31 plaatsen op de ITU point list (momenteel sta ik hier op een 37 ste plaats) maar kom ik ook nog uit op een 26 ste plaats in de WTS Ranking (het officiele WK) ondanks maar punten uit 5 ipv 6 wedstrijden te halen.
Met deze prestatie komen de olympische spelen in Rio weer wat dichterbij.
De dag na de Grand Final in Chicago ben ik doorgereisd naar Cozumel (Mexico) waar op 4 oktober mijn volgende wedstrijd, een wereldbeker, op het programma staat.